De bemanning van de Geloof jaagt op pinguïns in de Straat van Magellaan

Nadat de Geloof de Trouw kwijtgeraakt was werd besloten om verder de Straat van Magellaan in te zeilen. De hoop om de Trouw weer terug te zien werd niet gelijk opgegeven, maar uiteindelijk werd dat idee toch losgelaten. In de straat kwam de Geloof de vloot van admiraal Olivier van Noort tegen, die juist de andere kant op zeilde. De Geloof kreeg was hulp, maar kon niet bij de veel beter uitgeruste schepen van Van Noort aanhaken. Toen besloot kapitein Sebald de Weert onder druk van de bemanning uiteindelijk om verder naar de oostelijke ingang van de straat te varen en de terugtocht naar Nederland te accepteren. Eerst gingen ze naar eilanden waar veel vogels gevonden konden worden en jaagden hier op. Hierna trokken ze naar een groot eiland, waarschijnlijk het eiland St. Magdalena, waar ze een grote hoeveelheid pinguïns vonden, maar ook duikers en zeerobben. Door een storm kwam er niet veel van de jacht terecht en het schip werd gedwongen om de Straat van Magellaan te verlaten en de Atlantische Oceaan in te varen. Van daar zou het de Geloof nog zes maanden kosten om de Republiek te bereiken in juni 1600.

De afbeelding toont één heel grote pinguïn op de voorgrond, die langer lijkt te zijn dan de mannen die op de achtergrond jagen op pinguïns. Geen pinguïnsoort werd zo lang, dus dit was een overdrijving van de auteur. Hierachter zien we een groepje mannen, die speren gebruiken om pinguïns te doden. Het landschap vertoont veel gaten, die door de pinguïns gemaakt werden. Verder op de achtergrond zien we mannen die de pinguïns in een bootje laden.