Een man en vrouw gezien aan de oostzijde van de Straat van Magellaan

Nadat de Geloof de Trouw kwijtgeraakt was werd besloten om verder de Straat van Magellaan in te zeilen. De hoop om de Trouw weer terug te zien werd niet gelijk opgegeven, maar uiteindelijk werd dat idee toch losgelaten. In de straat kwam de Geloof de vloot van admiraal Olivier van Noort tegen, die juist de andere kant op zeilde. De Geloof kreeg was hulp, maar kon niet bij de veel beter uitgeruste schepen van Van Noort aanhaken. Toen besloot kapitein Sebald de Weert onder druk van de bemanning uiteindelijk om verder naar de oostelijke ingang van de straat te varen en de terugtocht naar Nederland te accepteren. Eerst gingen ze naar eilanden waar veel vogels gevonden konden worden en jaagden hier op. Tijdens deze jachtpartij kwamen ze wederom een inheemse vrouw tegen en zagen ze het lijkt van een inheemse man, die eerder gedood was tijdens een gevecht met de mannen van Olivier van Noort. De vrouw, afkomstig van de Patagonische kust, zag er beter gekleed uit dan de eerder gevangen vrouw, die kwam van Tierra del Fuego. Ze werd beschreven als gekleed met een lendendoek, een cape van vachten en droeg kort haar. De man droeg een rok gemaakt van veren, een hoed en was bewapend met pijl en boog. Ze lieten de vrouw achter op het eiland.

Deze afbeelding toont de gevangen vrouw en de gevonden man. Op de achtergrond is de Geloof te zien en het bootje, waarmee men naar de was gevaren om op vogels te jagen. Een man met vastgebonden armen ligt op de grond. Links knielt een groep mensen rondom een man, die een prediker lijkt te zijn. Het lijkt erop dat ze in gebed zijn.