Achtergrond
In de laatste jaren van de 16de eeuw, voorafgaand aan de oprichting van de VOC, werd een aantal onafhankelijke handelscompagnieën opgericht die probeerden handelscontacten in Azië aan te knopen. De zogeheten Eerste Schipvaart, georganiseerd door de Amsterdamse ‘Compagnie van Verre’, had ondanks matige commerciële resultaten de potentie van handelsreizen op Zuidoost-Azië aangetoond. Dit bracht één van de grotere compagnieën, de nieuw opgerichte ‘Oude Compagnie’ ertoe om een nieuwe expeditie van 8 schepen uit te rusten.
Verloop
De expeditie vertrok op 1 mei 1598 onder leiding van Jacob Cornelisz. van Neck. Het doel van de expeditie was om mogelijkheden te ontdekken om deel te nemen aan de handel in specerijen, met name te Bantam (Java) en op de eilanden Ambon, Ternate en Banda, in het oosten van wat nu Indonesië is. De Tweede Schipvaart was de eerste Nederlandse poging tot inmenging in de Molukse specerijenhandel. De specerijen die hier vandaan kwamen, met name nootmuskaat, foelie en kruidnagel, waren zeer gewild in Europa. Lange tijd had Portugal op deze eilanden gehandeld en de Nederlandse handelscompagnieën wilden een eigen marktaandeel verwerven. De expeditie trok eerst zuidwaarts langs de Noord-Afrikaanse kust, ging vervolgens met de passaatwinden de Atlantische Oceaan op richting Brazilië, en rondde de Kaap de Goede Hoop om vervolgens de Indische Oceaan in de varen. De schepen raakten door een storm uit elkaar. Een kleinere groep van drie schepen hergroepeerde rond de noordkust van Madagascar en voer door naar Bantam, terwijl een tweede groep van vijf schepen tezamen verder trok. Deze groep legde kortstondig aan bij een eiland ten oosten van Madagaskar, dat zij Mauritius noemden, naar stadhouder Maurits. De expeditie vervolgde haar weg, passeerde de westkust van het eiland Sumatra en arriveerde uiteindelijk op de rede van Bantam. Niet alle schepen kwamen tegelijk aan, maar allen vonden uiteindelijk hun weg naar deze bestemming. Vier schepen bleven te Bantam om daar te handelen, terwijl vier schepen richting de Molukken werden gezonden.
NB De route zoals weergegeven op de kaart is sterk vereenvoudigd. De vele keren dat schepen zich van de vloot afsplitsten en later weer samenkwamen maken het onmogelijk om een volledig en gedetailleerd overzicht te geven.