Post

Cayenne

Frans Guiana

In Cayenne, de hoofdstad van Frans Guyana, stichtten de Fransen in 1624 de eerste Europese volksplanting (kolonie) aan de rivier Sinamari. In 1626 legden zij ook aan de rivier Conanama een volksplanting aan. Ter bescherming van het gebied werd er een fort gebouwd, fort Ceperou, aan de noordoostelijke punt van de monding van de Cayenne rivier. Rondom het fort ontwikkelde zich, tijdens de Franse tijd, een vestiging die zich spoedig tot de stad Cayenne ontwikkelde, de hoofdplaats van de Franse volksplanting. De conflicten tussen de Fransen en de indianen namen in zulke hevige vorm toe dat de Fransen rond 1653 gedwongen waren de stad te verlaten. Uit verschillende bronnen blijkt dat de eerste Nederlanders al rond 1615 de kust van Cayenne hebben aangedaan. Een groep Nederlanders, bestaande uit ongeveer 280 kolonisten, vestigde zich onder leiding van Theodoor Claessen aan de rivier Cayenne. Hun aanwezigheid duurde niet lang: de kolonisten verhuisden naar de nieuwe kolonie Suriname. In 1627 werd er door Claude Prevost, in opdracht van de WIC-kamer Zeeland, een nieuwe poging tot kolonisatie gewaagd, die niet langer dan vijf jaar zou duren. Twee jaar later, in 1634, zouden enkele kolonisten uit de kolonie Essequibo zich wederom in de omgeving van de rivier Cayenne vestigen, om precies te zijn bij het eiland Mecoria, iets ten noorden van de tegenwoordige stad Cayenne; zij vingen aan met de teelt van tabak. Onder leiding van David Pietersz. de Vries werd een nieuwe expeditie georganiseerd. Deze groep verbleef een jaar in een oud Frans fort, dat zij uitbreidden. De belangrijkste Nederlandse expeditie in het gebied Cayenne vond plaats rond 1657. Jan Claessen Langendijck nam, met ongeveer 40 à 50 kolonisten, zijn intrek in het verlaten Franse fort Ceperou (in 1650 door de Fransen gebouwd) aan de noordoostelijke punt van de monding van de rivier Cayenne. De Fransen hadden in 1653 deze vestiging moeten verlaten door conflicten met de plaatselijke bevolking. De kolonie verwelkomde de joden die uit Brazilië waren gevlucht onder leiding van David Nassy in 1658. De Nederlandse kolonie in Cayenne werd in 1659 aan de WIC-Kamer van Amsterdam overgedragen. Pas in 1664 slaagden de Fransen erin om het fort Ceperou (die zij later fort S. Louis zouden noemen) en de nederzetting Cayenne weer in te nemen. In dezelfde periode dat Langendijck in Cayenne neerstreek, was er onder leiding van David Nassy een joodse kolonie opgebloeid in dit gebied. Ook deze kolonie viel, evenals Cayenne, in Franse handen. Met de Vrede van Breda werd besloten dat Cayenne Frans bezit zou blijven. Toch probeerde Jacob Binckes in 1676 Cayenne opnieuw te overvallen en het belangrijke fort Ceperou, nu St. Louis, te veroveren. Na zeven maanden kwamen de Fransen weer terug en heroverden definitief de vestiging en nederzetting.

Afbeeldingen