Kooplieden van de compagnie onderhandelden geregeld over de aankoop van slaven in de haven van Pipeli. Deze havenstad was de eerste plaats die de VOC in Bengalen aandeed in 1627. In Pipeli bevond zich tot 1635 het hoofdkantoor van de compagnie in Bengalen. Deze rol werd al snel overgenomen door de plaats Hougli, die als hoofdloge van het Directoraat van Bengalen dienst deed. In 1642 verkreeg de VOC toestemming om zonder tol het vervoer van goederen te regelen tussen Agra en Pipely. In Pipli was ook een salpeterraffinaderij. Omdat het klimaat er te ongezond was, besloot men het hoofdkantoor naar Houghly te verplaatsen. Pipeli bleef dienst doen als in
en uitvoerhaven van dit district Bengalen.