Het bezoek van Abel Tasman's expeditie aan Nomuka
Gilsemans, Isaac
Nadat de expeditie van Abel Tasman enkele dagen doorgebracht had te Tongatapu glipte het anker van de Heemskerck plots los. Het schip kon niet opnieuw voor anker gaan en dreef de zee op, wat betekende dat de Zeehaen gedwongen was ook het anker te lichten en achter de Heemskerck aan te zeilen. De schepen zeilden enkele dagen noordoost en kwamen toen aan bij een groepje eilanden. Ze lieten het anker vallen bij Nomuka, dat zei Rotterdam noemden. Hier maakten ze wederom contact met de lokale bevolking, die de expeditie hielp om eindelijk vers drinkwater en handel te drijven voor vers voedsel. Wat messen, vergrootglazen en andere spullen warden aan lokale notabelen gegeven als gift.-Isaac Gilsemans, koopman aan boord van de Zeehaen, tekende waarschijnlijk deze tekening van de gebeurtenissen te Nomuka in Abel Tasman’s dagboek. ‘A’ toont de Nederlandse schepen voor anker bij wat ze Cornelis Vandelins Reede noemden. ‘B’ laat de baai zien waarvandaan de bevolking van Nomuka boten stuurde naar de Nederlandse schepen. ‘C’ is de baai waar de Nederlanders aan vers water kwamen, die ze de Justus Schouten baai noemden. ‘D’ is het meer waar ze vers water insloegen. ‘E’ is de zeilboot die gebruikt werd door de lokale bevolking van omliggende eilanden om naar de Nederlanders te varen met ubiwortels en kokosnoten. Aan de linkerkant wordt een aantal kleinere eilanden in de buurt van Nomuka getoond, die Gilsemans met Amo, Amango, Kaijbaij en Amatafoa aanduidt.
Neem contact op met Nationaal Archief voor hergebruik en auteursrechten.